In gesprek met Arend Jan Cuperus over verduurzaming van de agrarische sector

Arend Jan Cuperus.jpg
CU Limburg Logo 2.png
Door Sterre Ruitenburg op 12 maart 2021 om 21:00

In gesprek met Arend Jan Cuperus over verduurzaming van de agrarische sector

‘Zorg voor de schepping’: hoe kan dat er in de praktijk uit zien? Maak kennis met Arend Jan Cuperus (51 jaar), werkzaam bij agrarisch adviesbedrijf Arvalis. Hij verhuisde in 1996 van Gelderland naar Limburg, ontmoette daar zijn vrouw en wil nu nooit meer weg. In zijn werk zoekt hij naar manieren om de agrarische sector te verduurzamen. Waar vindt hij mooi aan zijn werk? Wat is nodig voor verduurzaming? Waar droomt hij van? En waarom stemt hij 17 maart ChristenUnie?

“In mijn werk zet ik me, samen met anderen, in voor goede begeleiding van biologische boeren, voldoende schoon drinkwater en natuurinclusieve landbouw in Limburg. De biologische boeren zijn wat verduurzaming betreft al een stap verder. Ik vind het mooi om hun kennis er ervaring door te vertalen naar de gangbare sector.

Wat nodig is voor verduurzaming van de agrarische sector? Ik denk kennis en praktijkvoorbeelden, overheidsbeleid en geld.
Allereerst hebben agrariërs kennis nodig om te verduurzamen. Zo is vaak nog onbekend dat een topproductie, waarbij alles uit een perceel wordt gehaald wat erin zit, niet altijd de grootste winst oplevert. Ook is vaak nog onbekend dat aan sommige duurzame maatregelen, zoals kruidenrijk grasland inzaaien, juist verdiend kan worden. Met praktijkvoorbeelden kun je laten zien dat het wel degelijk anders kan.

Ook is goed overheidsbeleid nodig. Hiermee kun je ondernemers stimuleren om duurzame stappen te zetten. Dat kan ook met eenvoudige beleidsmaatregelen. Ik vind het pachtbeleid van de provincie Limburg een goed voorbeeld. Zij verpachten landbouwgrond alleen aan ondernemers die duidelijk met verduurzaming bezig zijn.

Bovendien is geld nodig. Zonder verdienmodel kan een boer niet overleven. Het beste is natuurlijk als de consument meer voor het voedsel wil betalen. Zolang dat niet het geval is, kun je ook denken aan een nationaal omschakelfonds voor boeren die tijdens de overgang naar bijvoorbeeld biologische landbouw minder inkomsten hebben.

Ik droom ervan dat Nederlandse agrariërs een goede én groene boterham kunnen verdienen. Dat zij met de natuur mee landbouwen én daar een mooi inkomen aan overhouden.

Ik stem 17 maart ChristenUnie, omdat mijn droom ook de droom van de ChristenUnie is. Ook die partij wil dat boeren een eerlijke én duurzame boterham kunnen verdienen (zie Hoopvolle keuze #18). Daarnaast sluit het verkiezingsprogramma van de ChristenUnie aan bij mijn kijk op de samenleving. Die partij krijgt daarom mijn stem.”